Kalkmortel Cementvoegmortel
kalkhoudende metselmortel met moderne cement-voegmortel - problematiek

Kalk als toepassing in mortels bij behoud en restauratie van historische gebouwen

In de afgelopen 150 jaar hebben moderne kunstmatige cementmortels de traditionele kalkmortel vervangen. Tegenwoordig zijn cementmortels het meest gekozen bouwmateriaal bij steenachtige substraten bedoeld voor sterke constructies. Daarom zijn bij moderne gebouwen de cementmortels het meest geschikt, echter niet bij historische gebouwen.

De noodzaak van specifieke kennis en het verschil aangaande historische en moderne gebouw technologie en structuren is essentieel als hierbij succesvolle reparaties en onderhoud moet worden uitgevoerd.

Kalk was duizenden jaren lang het voornaamste bindmiddel voor mortels en pleisters en in gebruik bij de meest steenachtige complexen en versterkte bouwwerken voor 1900. Wat is de reden dat men is overgegaan naar moderne cementmortels?

Moderne cement is harder en meer gesloten qua wateropname dan kalkmortels, het doel om een meer uniforme traditionele mortel of pleister toe te gaan passen is dat deze beter vocht reguleert en/of afstaat aan materialen waarmee het verwerkt wordt en deze sneller doet drogen maar ook voldoende sterkte biedt in samenhang met de toegepaste poreuze en taaiere steenachtige materialen. Deze bepaalde combinaties van steenachtige materialen en mortels met cement toevoegingen verkrijgen zodoende een langere vormvaste levensduur met een hogere aanvang-druksterkte. 

Moderne gebouwen vertrouwen doorgaans op de buitenschil om te voorkomen dat vocht in de inwendige constructie kan binnendringen, toch is dit niet het geval in situaties met gevelmetselwerk en/of met isolatie in een spouwmuur-constructie. Bij gevelmetselwerk gaat het eerder om afstaan van geabsorbeerd hemelwater aan de buitenlucht door de poreuze eigenschappen van bakstenen en zand-cementmortels.

De oude kalkmortel soorten in combinatie met baksteen hebben bewezen goede eigenschappen waar het gaat om reguleren van vocht in metselwerk wat ten goede komt aan het welzijn van historische gebouwen. Het toepassen van moderne en te harde cement-(voeg)mortels bij historische gebouwen moet worden voorkomen, de kans dat vocht ingesloten wordt is groot met kans op blijvende gevolgschade. 

Het blijft interessant en om notitie te nemen van het feit dat veel bouwwerken die vaak meer dan 500 jaar geleden gebouwd zijn met kalkmortel technologie, vandaag de dag nog steeds in een uitstekende conditie verkeren. Hoe zal dat met onze moderne structuren zijn over 500 jaar?

Een korte chronologische historie van kalk toepassingen in bouwwerken

  1. Prehistorische toepassing; Mesolithische periode 9000 – 4000 v.Chr.: Jericho, Mesopothamië; Gepolijste kalk pleister vloer
  2. 2500 v.Chr. – Oud Egypte; kalk en gips muurpleisters
  3. 500 v.Chr. – Mycenae, Griekenland; fijn kalkstukwerk in tempels
  4. 300 v.Chr. – Romeins Italië; kalkbeton, een mix van zand, kalk en puzzolanen toegepast in het Appian Aquaduct
  5. 98 in onze jaartelling – Duitsland; waterwerken of Gaul gebruik van puzzolanen bevattende kalkmortel
  6. 122 – 130 in onze jaartelling – de Muur van Hadrianus, geconstrueerd met kalkhoudende betonmortel
  7. 600 – 1600 in onze jaartelling – meest gangbare mortels om te bouwen en muren te pleisteren